Naar inhoud

UPA-BUA Union Professionnelle d'Architectes
Beroepsunie Van Architecten

Van Hove Prijs 2020

De jury kwam op 17 oktober 2020 van 9h00 tot 18u00 op het hoofdkantoor van BUA bijeen.

Zij was samengesteld uit:

  • Sylvie Bruyninckx, architect, stichter van het bureau Viva Architecture, ondervoorzitter van de BVA, IUA-lid
  • Sven Grooten, architect en stedenbouwkundige, medeoprichter van B architecten,
  • Pierre Hebbelinck, architect, juryvoorzitter en spreker bij de proclamatie
  • Didier Holemans, ingenieur-architect, voorzitter van de UPA / BUA
  • Thierry Lamy, architect, lid van UPA / BUA
  • Guilia Marverti, architect UPA / BUA-J
  • Marie-Madeleine Mennens, architect, lid van de UPA / BUA, van de Brusselse Gewestelijke Ontwikkelingscommissie (GOC), van CfgOA. BCBW en van de CNOA
  • Nico Steinmetz, architect in het G.-D. Luxemburg
  • Catherine Titeux, architect en dr. in kunstgeschiedenis, docent aan ENSAM (Montpellier)
  • Pierre Van Assche, architect en stedenbouwkundige, lid van UPA / BUA, verantwoordelijk voor de Van Hove-prijs
  • Jean-Paul Verleyen, architect, gedelegeerd bestuurder van het Saint-Luc Instituut te Brussel.

 

De grafische panelen van de 59 ontvangen projecten zijn op twee A2 panelen op het gelijkvloers van het Architects’ House tentoongesteld. De geschreven documenten van de kandidaturen en twee kopieën van de grafische documenten in A3 formaat zijn ter beschikking van de jury. Alle documenten werden twee weken op voorhand aan de juryleden verzonden.

Pierre Van Assche, administratief voorzitter van de jury, opent de sessie om 9u15 en leest en geeft commentaar bij het reglement. Pierre Hebbelinck, die gedurende de proclamatie een lezing zal houden, neemt het voorzitterschap van de deliberaties van de jury waar vanaf het ogenblik dat de genomineerde projecten worden aangewezen.

Er zullen maximum 20 projecten genomineerd worden, waaruit in een tweede fase de vermeldingen en de laureaat geselecteerd zullen worden.

De 59 projecten kunnen individueel en vrij opnieuw door de juryleden onderzocht worden op basis van de tentoongestelde panelen en documenten die ter beschikking zijn gesteld.

Om 11u30 vindt een eerste deliberatie plaats waarbij door elk jurylid een eerste kwotering aan alle projecten gegeven wordt, volgens de volgende schaal:

  • 0 punten als de jury niet vindt dat het project genomineerd mag worden;
  • 1 punt als de jury niet vindt dat het project genomineerd mag worden, maar er zich niet tegen verzet ;
  • 2 punten als de jury vindt dat het project genomineerd zou moeten worden;
  • 3 punten als de jury vindt dat het project genomineerd zou moeten worden en zich tussen de vermeldingen zou moeten vinden;

Op basis van die eerste rangschikking worden alle projecten collectief door de juryleden onderzocht.

Na deze eerste deliberatie zijn de volgende 20 kandidaten genomineerd:

(NB: De projecten werden van 1 tot 59 genummerd volgens hun volgorde van ontvangst aan de UPA / BUA)

03.        Laurine KHAROUBI

09.        Iulia ILIE

10.        Behar NEZIRAJ

11.        Frank ALONSO VAN OORSCHOT

17.        Louis ROOBAERT

20.        Céline LOPES

22.        Michelle VENNEKENS

24.        Marco CARMOSINO

26.        Gabriel CHÂTEL

30.        Romane M'BAO

33.        Sam NEEL& Dries VOUCKX

43.        Ludwig VOZ

44.        Rita ROZNÁR

45.        Goele REYNDERS

47.        Suzan VERCAEMPST

52.        Simon BERLAN VELASCO & Hugo BENEYTOUT

54.        Argjire KRASNIQI

55.        Elise MULLENS

56.        Manon FLORES

57.        Raphael PAUSCHITZ

 

De projecten van deze genomineerde kandidaten zullen in A0 (2xA1) formaat geprint worden, met het oog op de tentoonstelling.

Na een nieuwe analyse op basis van de criteria van het reglement, hebben de juryleden beslist de volgende drie projecten te onderscheiden: nr 10, 43 en 47.

Volgt een grondig debat betreffende deze projecten en het verdelen van de 5.000 euro over de laureaten.

Op unanieme wijze, om redenen die verder in het rapport worden beschreven, hebben de juryleden als volgt toegewezen:

  • De Van Hove Prijs 2020 aan Ludwig VOZ (kandidaat nr 43), met een bedrag van € 2.500.
  • Met een speciale vermelding met een bedrag van € 1.500 aan Behar NEZIRAJ (kandidaat nr 10).
  • Met een speciale vermelding met een bedrag van € 1.000 aan Suzan VERCAEMPST (kandidaat nr 47).

NB : Het project van de winnende kandidaat Ludwig VOZ was het ontwerp van een groepswerk met Alexandre Houthoofdt, die in de documenten van de kandidaat vermeld werd.

De vergadering wordt om 18u00 beëindigd, na verdeling van de commentaren van de ontwerpen van de laureaat en de vermeldingen over de verschillende juryleden.

Details en commentaar van de jury:

Voorwoord:

Wat bijzonder is in deze zesde editie van de Van Hove Prijs, is de mate van deelname die nog nooit zo groot is geweest. Er zijn negenenvijftig kandidaturen, wat de taak van de jury niet vereenvoudigd heeft. Zoals bij de vorige edities zijn alle projecten mooi voorgesteld en heeft de jury bijna alle projecten waardevol gevonden. Slechts twintig projecten mogen genomineerd worden en dit maakte de taak van de jury ondankbaar, zoniet  hard voor de interessante projecten die niet genomineerd zijn geweest.

Door zijn werkwijze verzamelt de Van Hove Prijs een vrij grote verscheidenheid aan interessante projecten, die het niveau in de Belgische architectuur faculteiten vertegenwoordigen. Elk jaar komen er enkele thema's naar voor die min of meer door de faculteiten gedeeld worden. In die zin is de Van Hove Prijs een observatorium van de opleiding van de architecten in België. In het algemeen merken de jury en de organisatoren van de prijs dat de projecten in deze laatste editie zich richten op de maatschappelijke uitdagingen en deze interpreteren in de architectuur. De virtuose demonstraties en iconische projecten worden vervangen door fundamentele en meer actuele thema's die bijna alle sociaal en ecologisch gericht zijn.

De problematiek van huisvesting komt op de eerste plaats (met 28 ingediende projecten), een groot deel van die projecten handelen onder andere over de hulp aan armen of marginale sociale groepen. Dit thema werd vaak in het buitenland toegepast (7 projecten). De bouwprocessen maken nauw deel uit van reflecties: de rehabilitatie van sociale huisvesting (5 projecten), solidaire en ecologische bouw of zelfbouw (5 projecten), noodhuisvesting (2 projecten) of gekoppeld aan geestelijke gezondheid (1 project). Naast het onderzoeken van specifieke of nieuwe manieren van leven (5 projecten), is de zorg voor dichtheid en diversiteit toegepast in stedelijke, voorstedelijke of economische omgevingen de aanleiding voor bijzonder interessante voorstellen (3 projecten).

Het onderzoek van specifieke of nieuwe manieren van leven (5 projecten), de problematiek van dichtheid en diversiteit in de steden, voorstedelijke of economische omgevingen, zijn aanleidingen voor interessante architectonische antwoorden (3 projecten ).

De andere projecten behandelen voor de helft het bouwproces en de andere helft de infrastructuren.

De eerste helft (15 projecten) behandelt de stedelijke diensten, economie of productie (8 projecten), gevolgd door landbouw en ecologie (5 projecten) die ook toegepast zijn in een stedelijke context. Komt daarna de reconversie van oude industriële sites (2 projecten).

De infrastructuur programma's (15 projecten) handelen herdenkingsmonumenten (5 projecten) en herbestemmingen van symbolische plaatsen (3 projecten), de andere projecten pakken de culturele, functionele en educatieve of sociale inclusie uitrusting aan. Bovendien wordt de kwestie van de infrastructuur in het natuurlijk erfgoed niet vergeten (2 projecten).

Vijf projecten die aan deze sessie werden voorgesteld zijn het resultaat van een groepswerk, twee daarvan werden in de vorm van een gezamenlijke kandidatuur voorgelegd.

De jury betreurde dat één van de projecten exclusief gepresenteerd werd in de vorm van een video. Dit project kon geen deel uitmaken van de genomineerden omdat de presentatiemethode die door het reglement opgelegd werd, niet gerespecteerd werd.

Ten slotte, in tegenstelling tot de vorige sessie, handelen de projecten minder over strategieën met betrekking tot grootschalige ruimtelijke ordening aspecten. Slechts één project heeft dit thema aanpakt. Ter herinnering, hoewel de jury de betrokkenheid van architecten bij dit soort onderzoek goedkeurt merkte de jury vorig jaar op dat dit soort problematiek het onmogelijk maakte voor een architect of ingenieur-architect deze alleen te trotseren maar dat dit systematisch tot de oprichting van multidisciplinaire teams zou moeten leiden. Bovendien beschikt de jury van de Van Hove Prijs niet over de materiële voorwaarden en ook niet over de nodige competenties om de relevantie van dergelijke projecten te beoordelen.

Anderzijds werd ter gelegenheid van de huidige sessie van de Van Hove-prijs, zoals het nieuwe reglement voorschreef, voorrang gegeven aan architectuur als concretisering van de theoretische, programmatorische of maatschappelijke redenering.

 

De jury heeft, na deliberatie, unaniem besloten om drie winnaars aan te wijzen, in de volgende orde:

  • De Van Hove Prijs 2020 aan Ludwig VOZ (kandidaat nr 43), met een bedrag van € 2.500.
  • Met een speciale vermelding met een bedrag van € 1.500 aan Behar NEZIRAJ (kandidaat nr 10).
  • Met een speciale vermelding met een bedrag van € 1.000 aan Suzan VERCAEMPST (kandidaat nr 47).

VAN HOVE PRIJS 2020 : 2.500 €

Ludwig VOZ (Ulg - Architectuur faculteit) project nr 43

RE-USE, RE-INSERT, RE-GENERATE : Center for industrial culture in Herstal

Het project van Ludwig Voz maakt deel uit van een masterplan dat in groepswerk met Alexandre Houthoofdt (ULiège) werd verwezenlijkt. Dit baseert zich op een interpretatie van het voorstel van Studio Secchi-Vigano om de voormalige industriële site van "ACEC" in Herstal nieuw leven in te blazen. De reflecties van het  masterplan hebben tot doel een nieuwe dynamiek te geven aan dit verlaten historisch industrieterrein en het opnieuw te integreren in het omringend stedelijk weefsel. Het nieuw gebouw dat zich in het hart van dit industrieel complex bevindt, waarvan één vleugel dient als tentoonstellingsruimte voor grote voorwerpen en waarmee het communiceert via een helling boven een waterpartij, is zeer duidelijk in zijn functie: receptie van het publiek op de benedenverdieping en tentoonstellingsruimte die zich op twee mezzanine verdiepingen uitstrekt. Het project is bijzonder aantrekkelijk vanwege zijn architectonische ontwerp. Het gebruik als centraal element van de niet-gecentreerde vierkante elementaire vorm geeft beweging en dialoog die de bestaande industriële architectuur benadrukt en de plek opnieuw activeert. De beweging wordt versterkt door een pad dat gestructureerd is met verschillende kleine openbare ruimtes die beginnen bij de nieuwe ingang en zich naar binnen uitbreiden dankzij de vermenigvuldiging van deelruimten die worden gegenereerd door het spel van uitlijning en niveaus. Het project, langs de oost-westas van de site op het grensvlak met de stad, verlengt de weerspiegeling van het omringende stedelijke weefsel. Vanuit de heterogene ruimte vloeit een porositeit voort die een doorkijkje geeft naar het park dat zich in het noorden bevindt. De vrije geometrische manipulatie leidt tot een verlies van referentiepunten en een soort dispersie. Dit had problematisch kunnen zijn indien de relaties tussen de industriële gebouwen en de museale installaties niet voldoende doordacht waren.

MMM & CT

BIJZONDERE VERMELDING voor de VAN HOVE PRIJS 2020 : 1.500 €

Behar NEZIRAJ (KUL - Sint-Lucas Brussel) project nr 10

Obscure productions – Unveiling the Stuttgart’s industrial image

Het project van Behar Meziraj richt zich op productieprocessen in industriële gebieden, met name fabrieken, en hun integratie in de stadsstructuur. Voor de studie werd het industriegebied van Daimler gekozen : een autofabriek in het zuidoostelijke deel van de stad Stuttgart. Het doel van het project was om de bestaande industrie (gebied dat momenteel geïsoleerd en uit het zicht van mensen is) adequaat en duurzaam te maken, zoals een gemengde stadswijk, door er andere gewaagde activiteiten te integreren, zoals huisvestingen, productieruimtes, ruimtes voor culturele activiteiten, terwijl het concept van ecologie wordt ontwikkeld. Het voorstel creëert echte stedelijke kwaliteiten en versterkt sociale interacties door een geleidelijke transformatie van de site voor te stellen. Het werk wordt gepresenteerd op verschillende schaalniveaus, zoals een masterplan dat het soort activiteiten verduidelijkt en een plan op menselijke schaal dat de bestaande ruimtes aanvult. Behar Neziraj presenteerde een project dat aan alle criteria van de Van Hove-prijs voldeed en ondersteund werd door een duidelijke en delicate grafische weergave, waarin het geheel en de onderdelen in één oogopslag werden uitgelegd. Hierdoor kon de jury een subtiele en succesvolle aanpak waarderen.

GM & SB

BIJZONDERE VERMELDING voor de VAN HOVE PRIJS 2020 : 1.000 €

Suzan VERCAEMPST (KUL - Sint-Lucas Gent) project nr 47

A HOUSE FOR THE MIND 

Het door Suzan Vercaempst voorgestelde project is gelegen aan de Praška-straat, vlakbij het Ban Jelačić-plein, de belangrijkste ontmoetingsplaats in Zagreb, de hoofdstad van Kroatië. De gekozen site verbergt een beladen geschiedenis die verband houdt met de eerste en laatste synagoge van de stad die in de Tweede Wereldoorlog verwoest werd en met de Joodse gemeenschap van Zagreb die door de Holocaust werd getroffen. Na deze periode werd het terrein een parkeerplaats, een functie die het vandaag nog steeds vervult. Het project brengt deze specifieke historische achtergrond duidelijk in verband met de hedendaagse behoeften van de stad door een architectuur te creëren die stilte, reflectie, contemplatie en vrede voor iedereen, religieus of niet, mogelijk maakt en bevordert. Het ontwerp vertaalt zich als een strategie van "passage" waar ritme, sfeer en specifieke verlichting voor de bezoeker van deze plaats van herinnering de voorwaarden creëren van een ruimtelijke ervaring die hem in een gemoedstoestand brengt die geschikt is voor introspectie. De jury waardeerde vooral het vermogen van Suzan Vercaempst om een ​​volume te articuleren dat wordt versterkt door de materialiteit van het beton ten behoeve van een ruimtelijkheid die hier wordt uitgedrukt met een talent en een gevoeligheid die consistent is met het ontwikkelde doel. Door een sobere taal en de sereniteit die de architectuur uitstraalt, gaat het project verder dan de simpele herdenking van een wrede episode in de geschiedenis van de stad om een ​​unieke plek van sereniteit en identificatie te creëren die het projecteert naar de toekomst en opent het voor een zo groot mogelijk aantal mensen.

J-PV & DH

 

De andere genomineerde projecten (volgens hun volgorde van ontvangst aan UPA-BUA)

 

Laurine KHAROUBI (UCL LOCI, Doornik) project nr 03

Architecture comme mémoire et émotion : Lieu commémoratif pour les migrants venus aider le

nord de la France dans son exploitation minière.

Een herdenkings parcours bestaande uit een gedeeltelijke reconstructie van de ondergrondse site en een rijzend volume, verticaal en monumentaal.

Iulia ILIE (KUL - Sint-Lucas Brussel) project nr 09

Architectures of Transition

Zelfbouwhulp in Boekarest. Een reeks richtlijnen wordt aangeboden in de vorm van een "digitaal platform" gewijd aan architecten en bewoners, waarbij het informele een bron van kennis en inspiratie is.

Frank ALONSO VAN OORSCHOT (KUL - Sint-Lucas Gent) project nr 11

Productive Urban Hub – Loods 26

Herstel van oude havenfaciliteiten in Muide (Gent). De structuur van de oude magazijnen wordt gevaloriseerd door de integratie van nieuwe onderdelen met meervoudig gebruik en met behoud van een zekere permeabiliteit van de site.

Louis ROOBAERT (UCL LOCI, Brussel) project nr 17

Une architecture collaborative dans la ruralité chinoise, réinvention du type diaojiaolou

Een heruitvinding van het architectonische type "diaojiaolou" om plaats te bieden aan nieuwe toepassingen gerelateerd aan de ontwikkeling van de economie en het voorzien van hedendaags wooncomfort.

Céline LOPES (UCL LOCI, Doornik) project nr 20

Un projet local comme catalyseur du territoire rural - une ferme aux lnsectes comestible

Een verbazingwekkende en imposante houten constructie geïnspireerd op het lokale landelijke en industriële erfgoed, bedoeld voor het kweken van eetbare insecten in een bewaard gebleven natuurlijk landschap in het hart van Portugal.

Michelle VENNEKENS (UAntwerpen - Faculteit Architectuur) project nr 22

ILHA DO JOANEIRO; FROM LIVING IN THE GREY, TO LIVING IN COLOUR.

Voorstellen van transformaties met sociale bestemming van een populaire straat in een favela in Recife (Brazilië), inclusief interventies in de openbare ruimte die worden voorgesteld na een grondige analyse van de bestaande situatie.

Marco CARMOSINO (UCL LOCI, Brussel) project nr 24

Suburban archeology : une nouvelle vision pour le périurbain bruxellois

Scenario's van interventies in typische voorstedelijke wijken in het zuiden van het Brussels Gewest, resulterend uit de inventarisatie en een typologische catalogus van projecten die met deze problematiek te maken hebben.

Gabriel CHÂTEL (ULB -  La Cambre Horta) project nr 26

Réhabilitation du quartier de Prosfygika à Athènes

Rehabilitatie van een wijk gebouwd in 1933 voor politieke vluchtelingen uit het Verdrag van Lausanne. Alle schalen van het project worden benaderd, van de stad tot de woningen, via de gemeenschappelijke ruimtes die een plek integreren die is gecreëerd door een goed gedefinieerde sloop-wederopbouw.

Romane M'BAO (ULB - La Cambre Horta) project nr 30

ANUNGA PRIMARY SCHOOL

Rehabilitatie van een basisschool in Kinshasa in de vorm van een kleine, bijna autonome stedelijke entiteit, waarbij onder meer een internaat en ambtswoningen geïntegreerd worden, behandeld door een typologie te herinterpreteren die het resultaat is van het afleiden van modellen uit de koloniale periode.

Sam NEEL & Dries VOUCKX (KUL – ingenieurswetenschappen - architectuur) project nr 33

De Mobilist: op zoek naar ruimtelijke opportuniteiten in de stadsrand ten gevolge van veranderende mobiliteit.

Interventies op een multifunctioneel bedrijventerrein aan de rand van Mechelen.

Rita ROZNÁR (KUL - Sint-Lucas Brussel) project nr 44

NO-LONGER, NOT-YET; TEMPORARY USE TACTICS ON VACANT PLOTS

Voorstel van tijdelijke huisvesting, demonteerbaar en verplaatsbaar, te bouwen in zelfbouw op braakliggend terrein en in afwachting van definitieve bestemming.

Goele REYNDERS (KUL - Sint-Lucas Brussel) project nr 45

Building your learning. Exploring the pedagogical potential of the architecture of the Open City in Valparaíso.

Hulp bij zelfbouw, gekoppeld aan participatie en een in-situ leerproject van de stad door studenten architectuur, toegepast op de bouw van vier huizen op een steile site in Valparaiso

Simon BERLAN VELASCO & Hugo BENEYTOUT (Ulg - Architectuur Faculteit) project nr 52

PEPINIERES DU MOULIN – reconversion of a car parking in Charleroi

Hybride conversie van een imposant parkeergebouw in het hart van de stad Charleroi, voor verschillende creatieve bedrijven en maatschappelijke verenigingen.

Argjire KRASNIQI (KUL - Sint-Lucas Gent) project nr 54

RUINCARNATING JANJEVA

Studie van de naoorlogse wederopbouw in Kosovo, toegepast op de stad Janjeva, en gebaseerd op een drievoudige strategie van heropstanding: herziening van de indeling van percelen, experimenten op leegstaande gebouwen, concrete interventie op een openbaar gebouw met schoolbestemming.

Elise  MULLENS (Ulg - Faculteit Architectuur) project nr 55

Living the city of Fléron – Dwell the social housing.

Grondige en zeer gedetailleerde studie van de rehabilitatie van een sociale woonwijk in Wallonië. Herindeling van niveaus met externe uitbreidingen voor elke woning, met behulp van eenvoudige bouwprocessen, gebaseerd op een houten structuur.

Manon FLORES (UCL LOCI, Brussel) project nr 56

A PRODUCTIVE CITY: the story of a change.

Een nieuw en grootschalig centrum voor activiteiten en woningen in Kuregem (Anderlecht), langs het kanaal in de vorm van de radicale aanleg van een grootschalige wijk gekenmerkt door vier torens, waardoor er grote vrije ruimtes op de grond overblijven voor toekomstige bestemmingen.

Raphael PAUSCHITZ (KUL - Sint-Lucas Gent) project nr 57

Dharmaśālā : Centre for Education of Ecological Agriculture, Contemporary Rest House

Ontwerp, gebaseerd op een echt project van de kandidaat, van een educatieve boerderij in twee gebouwen verspreid over de steile hellingen van de Kathmandu-vallei. De specifieke vormen van de geplande constructies zijn het resultaat van de analyse van de typologie van herbergen die specifiek zijn voor deze regio en van een originele toepassing van bamboe structuren die beantwoorden aan de seismische eisen.